Flora
Gambia kent een grote diversiteit aan vegetatie. In 1980 had Gambia nog ongeveer 50.000 ha bos. In 1988 was dit nog maar 10.000 ha. Mede door de ontbossing (voor o.a. brandhout en huizenbouw) en door het oprukken van Sahara zand. De laatste tien jaar zijn er wel enkele herbebossingprojecten gestart. Verschillende soorten palmen komen voor in Gambia, met name de kokospalm.
Opvallend is de katoen- of kapokboom die meer dan 50 meter hoog kan worden. De kapok, afkomstig uit de zaden, wordt gebruikt als opvulling voor matrassen en kussens. De kolaboom levert kolanoten, niet alleen de grondstof voor de frisdrank cola maar ook gebruikt bij ceremonies voor huwelijken en geboortes. Kolanoten bevatten veel caffeïne en dienen bij Islamitische rituelen vaak als vervanging van alcohol. Men kauwt op de noten om zo de caffeine vrij te krijgen.
Mangrovebossen komen voor in de rivierdelta's en kunnen ver landinwaarts reiken. Bij de riviermonding zetten oesters zich vast op de wortels van de mangroven. Van de oesterschelpen maakt men leem voor verharde paden. In de droge streken komen acacia bomen voor, deze bomen kunnen gom genereren en spelen een belangrijke rol in de traditionele Afrikaanse medicijnkunst.
De meest opvallende boom van Afrika: de Baobab of Apenbroodboom. De Baobab wordt ongeveer 20 meter hoog en kan meer dan 2000 jaar oud worden! De boom speelt een rol in talloze Afrikaanse mythen en legenden. Niet voor niets wordt deze gigant in Afrika The Tree of Life genoemd: deze boom biedt hout voor beschutting en vuur om op te koken, van de bast kunnen touwen en kleding gemaakt worden, hij dient als waterreservoir, de bladeren zijn eetbaar en de vruchten zijn zeer voedzaam. Tip: vraag in Gambia naar Baobab ijs op de lokale markt: heerlijk!
Een bekende is ook de Cashew boom, niet alleen geliefd om zijn heerlijke en voedzame noten maar de cashew vrucht biedt verlichting bij keelpijn, kiespijn en koorts. De bast biedt gekookt bescherming bij diaree. De zaadjes worden geplet om slangebeten te verlichten en de olie wordt gebruikt bij hielkloven en schimmelinfecties.
Voor fraaie kleuren en geuren zorgen lelies, wilde orchideeën, oleanders, hibiscus en bougainville. Van de hibiscus wordt in Gambia een heerlijke dorstlessende drank gemaakt genaamd Wonjo, deze kan zowel koud als warm gedronken worden en lijkt wat op cranberry sap, tevens wordt hibiscus gebruikt van oudsher om kleur te geven aan batik doeken.
Vele planten en bomen soorten worden in Gambia gebruikt voor medicinale doeleinden. Men gaat in Gambia dan ook meer uit van de gebruikswaarde van bloemen en planten dan van de estetische waarden zoals Westerlingen. Je gids van Gambiasafari kan je meer vertellen of je begeleiden tijdens een bezoekje aan een traditionele medicijnman (Marabout).
Fauna
Gambia is een paradijs voor de ornitholoog (vogelliefhebber). Er werden tot nu toe ongeveer 450 verschillende soorten geteld, en nog steeds worden nieuwe soorten ontdekt.
Helaas zijn alle grote zoogdieren vrijwel allemaal uitgestorven door de jacht die in de 19 de eeuw op ze gemaakt werd. De welbekende African Big Five zul je in Gambia niet vinden want wilde olifanten, neushoorns, giraffen, leeuwen, buffels, grote antilopen, hebben hun heil ergens anders gezocht. Landinwaarts komen nog wel wilde nijlpaarden en krokodillen in de Gambia rivier voor.
Verschillende kleine apensoorten zoals de fluweelaap en de huzaaraap komen overal voor. Ook bavianen komen op verschillende plaatsen voor. Chimpansees leven alleen nog in het Baboon Island National park. Verder zijn er nog kleine antilopensoorten, stekelvarkens, varanen en wrattenzwijnen.
Gambia en Senegal hebben een aantal nationale parken en reservaten waar deze dieren te bewonderen zijn. Onder SAFARI's op deze site vind je meer info hoe je met ons naar deze wild reservaten kunt reizen of hoe je tijdens safari's naar het binnenland deze dieren in het wild kan tegenkomen.
